VERLEGDE WEGAANSLUITING

Sectie Kaartlezen d.d. 1 augustus 1999,

Af en toe bereikt ons een vraag m.b.t. hoe te handelen bij een verlegde wegaansluiting als deze zich bevindt in een constructie, op weg naar een keerlus.

Antwoord

Een “nieuwe” aansluiting vervangt de “oude” aansluiting en mag worden gebruikt om de geplande weg in te rijden. Daar waar de “nieuwe” aansluiting de “oude” weg bereikt moet de kaartweg in de geplande rijrichting worden bereden en is het niet toegestaan in tegengestelde richting te rijden, ook al zou men liever weer terug willen.

Een “nieuwe” aansluiting wordt NIET beschouwd als een “niet-kaartweg”.

Ter toelichting volgen hier een aantal voorbeelden.

Voor alle voorbeelden geldt:

  • De route is ABCD.
  • Bij B wordt men naar links gepijld en men wil de route opnemen bij C in de richting D.

Voor de voorbeelden 1 t/m 4 geldt:

  • Bij E is de weg afgesloten en de “oude” aansluiting EG is vervangen door de “nieuwe” aansluiting FG. De afstand EFG is kleiner dan X volgens artikel l0.b van het TRK.

Voorbeeld 1

Bij G alleen richting H.

Controles P en S.

Voorbeeld 2

Bij E controle X met opdracht HKL NAG

Door de opdracht NAG is er altijd sprake van een nieuwe aansluiting.

Bij G alleen richting H.

Controles X, P en S.

Voorbeeld 3

Bij E controle met de opdracht HKR, IR

Door deze opdracht wordt FG beschouwd als een niet-kaartweg.

Bij G keuze en direct terug richting E.

Controles X en S.

Voorbeeld 4

Bij F staat op de nieuwe aansluiting een meewijzende ritpijl.
Door deze meewijzende pijl blijft het een nieuwe aansluiting
(ook zonder pijl zou dezelfde  route worden gereden).
(zie voorbeeld 1). Controles P en S

In de vorige voorbeelden was de afstand EFG steeds kleiner dan X. Tot slot een voorbeeld waarbij de afstand EMN groter is dan X.

 

Voorbeeld 5

Bij E weg afgesloten.

Nieuwe route EM -  langs contr. Q en P - HNEB naar C.

Bij M naar rechts niet-kaartweg opgepijld.

Bij N keuze en direct terug richting E.

Controle S