Zoals gebruikelijk als er tussen twee ritten een periode zit van vier of meer weken: een varia-column om het gat tussen twee "reguliere" afleveringen op te vullen. In dit geval betreft het de periode tussen de laatste twee kampioenschapsritten van dit jaar: de Stoppelrit (7 oktober) en de Ster van Valkenburg (4 november). In deze varia-column gaan we aandacht besteden aan twee zaken: ten eerste de Betuwerit, en ten tweede aan het fenomeen "droogritten".

[a]  Betuwerit
 
Net als vorig jaar kreeg ik de gegevens van de Betuwerit (reglement, wedstrijdkaart, en uitleg) toegestuurd door uitzetter Remco Luksemburg, de veelvuldig nationaal kampioen. Of hij echter samen met zijn vader dit jaar wederom deze titel in de wacht gaat slepen, dat moet nog blijken; ook NRF-voorzitter Ton Povel kan met zijn navigator Marcel Peek het kampioenschap nog behalen. De beide equipes zullen in bovengenoemde Ster van Valkenburg in een onderlinge strijd moeten uitmaken wie er aan het langste eind trekt. Uw columnist zal - samen met stuurman Jos Bruin - wel weer op de derde plaats eindigen; een tweede plaats is theoretisch nog wel mogelijk, maar de kansen daarop zijn ongeveer te vergelijken met die van het Nederlands elftal dat met 7-0 van Zweden moest winnen (en wij hebben geen Advocaat als coach...).
 
Waarom wordt die Betuwerit hier eigenlijk besproken, terwijl Ik er niet eens aan heb meegedaan (even op een dinsdagavond van Woubrugge/Naaldwijk heen en weer naar Wageningen - 130 km heen en 130 km terug - voor een ritje van 45 kilometer, dat is net iets te veel gevraagd)? Ten eerste omdat U en ik benieuwd zijn naar de uitzetkunsten van de heren Luksemburg (we kennen van hen tot nu toe alleen de Pijlenrit van 2013, de Teamrit van 2016, en - in clubverband - de vorige Betuwerit), ten tweede omdat ik zoals gezegd kan beschikken over alle gegevens, en ten derde "bij gebrek aan beter"; dat is niet onaardig bedoeld, maar er zijn geen andere ritten om de in de aanhef genoemde kampioenschapsrittenloze (leg dit in Scrabble met drie maal woordwaarde!) periode mee op te vullen.
 
Schreef ik hier enige tijd geleden over ritten die hun naam geen eer aandeden, ook deze Betuwerit valt in die categorie, want deze rit werd NIET verreden in de Betuwe; om die reden was de naam dan ook gewijzigd in "Net geen Betuwerit". Net als vorig jaar werd een pijlen/puntenrit gereden met een afwijkend reglement: primair moesten de routes naar pijlen zo kort mogelijk zijn, en secundair pas die naar de punten. Soms moest je dus een punt van een andere kant benaderen dan je zou doen als je de kortste route erheen moest nemen, omdat je dan een kortere route naar de erop volgende pijl kreeg. Bovendien kwam hier nog bij dat oranje wegen slechts over zo kort mogelijke afstand in de route mochten worden opgenomen; in principe alleen over wit/grijs/geel (en rood mocht helemaal niet, zelfs niet kruisen).
 
Uiteraard enkele voorbeelden. Eerst eentje zonder oranje wegen. Ik gebruik de uitleg van de uitzetter, met enkele aanpassingen om in de stijl van deze rubriek te blijven (en vanwege enkele schoonheidsfoutjes...).

De route vanaf de start naar pijl 1 loopt via het witte weggetje (parallel aan de rode weg) via a-b-c-d om vervolgens richting punt 2 te gaan via d-e-c-d-f-g-h-j-k (niet linksaf bij e, want over rood mocht niet). Bij a is de witte weg niet aanwezig (althans DLW), dus het opnamepunt wordt b>c. Dit bereiken we via a-h-g-f-b. Bij f keren bij controle 2. Nu wordt het opnamepunt c>d. Naar c gaan we via pijl 1, maar aan het begin hiervan worden we gekeerd door controle 3. Nu ligt het nieuwe opnamepunt (d>e) een paar meter achter ons. Dus keren om opnieuw op dit kruispunt te komen; dit niet via het keerlusje bij g (controle 1), maar via het kortere d-c-b-f-d, met direct na c keercontrole 4. Nu meteen naar d waar nog steeds controle 3 staat (geen voorkennis, want route oppakken begint bij d en de 3 staat een aantal meters verder de weg in, dus route rijden tot die controle). Vanwege dit route rijden is nu alle voorkennis weg! Het  opnamepunt (van de route naar punt 2) wordt c>d. Dit kunnen we bereiken via f-b-c: weer keercontrole 2. Nu willen we f-g-h-a-b-c proberen, maar op g-h staat controle C met de opdracht "DMP 2", zodat we via controle Q op weg gaan naar punt 2.

 
Als intermezzo moest van pijl 7 tot punt 13 volgens het principe "vrije route" worden gereden, via de tussenliggende punten 8 t/m 12. Hierbij dienden alleen die controles te worden genoteerd die binnen 25 meter van een punt stonden, of, indien dat er meer waren, die het dichtst bij het punt stonden. Aardig detail was dat je, als je dit goed deed, op de controlekaart het woord "FASNA" kreeg, dit als dank en eerbetoon aan die vereniging die zichzelf binnenkort helaas opheft (zie ook de column over de Cannenburghrit).
 
In het tweede voorbeeld moeten we er ook aan denken zo kort mogelijk over oranje wegen te gaan; we beginnen bij pijl 16. (NB: misschien is het op deze uitlegkaart - die fletser is dan de wedstrijdkaart - niet heel goed te zien, maar de weg c-l-m-n is oranje, evenals de weg n-o-p-v-t.)
 
Punt 17 moet in verband met de route naar pijl 18 benaderd worden vanuit richting j, richting g. Dit kan op verschillende manieren bereikt worden. Het mag niet via a-e-f, aangezien dan bij e de rode weg gekruist wordt en dit reglementair niet mag. Dus met zo min mogelijk oranje via a-b-c-d-f, dus langs de controles M en H; de laatste geeft de opdracht "HKR", dus we gaan gedwongen over de rode weg d-e. Vervolgens is het met zo min mogelijk oranje niet de bedoeling om de rotonde bij l als keerlus te gebruiken, omdat je dan oranje om de rotonde rijdt. Maar wel via de verstopte grijze weg langs k-j, door de "A" van "WAGENINGEN", met onderweg controle B. De weg k-j is niet te rijden; hier staat controle Z met alweer "HKR". Dus doorrijden, waarna je bij m verkeerstechnisch naar rechts wordt gepijld, zodat je uitkomt op de rotonde bij l; hiervandaan langs controle V naar punt 17. 
 
Nu naar pijl 18: na de langsrijders B en G blijk je bij p niet over te kunnen steken. Het opnamepunt komt bij v>t te liggen (niet v>w, want vlak voor punt 19 zit 1 millimeter rood!). De makkelijkste optie is bij p links afslaan richting v, want p-n is meer oranje dan p-v. Maar: er is bij o een gaatje in de oranje weg, waardoor je via het witte weggetje onder de tekst "N225" met maar twee kleine stukjes oranje bij m kan komen, waarna je via m-k-j-g-h-q-r-v op het opnamepunt v kan komen met minder oranje. Bij o kun je (natuurlijk) niet naar links, dus rechtdoor rijden. Nu niet terugsteken bij n naar het zuiden om weer over de witte weggetjes te gaan, dit is namelijk meer oranje dan direct richting m. Doe je dit wel, dan krijg je als "beloning" de foutcontrole 12. Wel bij n richting m om hetzelfde plan uit te voeren; echter direct na m staat controle D met "1R", en wordt je weer naar punt p gedreven (en niet met meer oranje langs controle V en keercontrole 11). Ten slotte wel p-v rijden uiteraard. 
 
Ten slotte naar punt 19 en de finish nog via controle E (achter het oude stadion De Wageningse Berg) om de rode millimeter bij w te vermijden.
 
[b]  Droogritten
 
Al eerder is in deze rubriek gewezen op de diverse mogelijkheden om middels zogeheten droogritten Uw kaartleeskunde te beoefenen zonder daarvoor uit Uw luie stoel te komen en ook zonder daarvoor inschrijfgeld verschuldigd te zijn. Afgezien van sites waar zo af en toe eens een droogrit valt op te lossen (zoals die van Joep Wanders op abc-rally.nl of op saabhistoricrallyteam.nl) zijn er bij mijn weten twee sites waar zeer regelmatig droogritten worden gepubliceerd. De ene is www.rallynews.eu waar onder de naam Desk Top Rally (DTR) zo'n vier keer per jaar een droogrit van de hand van Jaap of Henk Jongman of soms ook van een gastuitzetter zoals Adrie Brugmans verschijnt; en de andere is www.baronierijders.nl waar U zelfs 11 keer per jaar een droogrit kunt oplossen, meestal van de hand van Anton Aarden of Sjef Huijbregts, en soms van Willemien Vijvers. Deze droogritten zijn meestal van zeer goede kwaliteit, hebben doorgaans een gemiddelde moeilijkheidsgraad (zeg maar B-klasse), en er wordt na sluiting van de inzendtermijn uitgebreid uitgelegd hoe het gemoeten had. Nog nooit gedaan? Probeer het eens!
 
Net als van "echte" ritten laat ik ook van deze droogritten een paar leuke voorbeelden zien. 
 
De volgende situatie kwam voor in de ABC-droogrit (dat was een oefening voor de ABC-rally). De bedoeling was dat er zo min mogelijk over gele wegen werd gereden (en wegen onder pijlen werden geacht wit te zijn). Het gaat om de route van pijl 11 naar pijl 12st (De ABC-rally kent geen A/B/C- maar E/S/T-klassen: E=expert, S=sport, T=tour).Op pijl 11 staat de controle Z, en daarna steekt de punt van de pijl net iets voorbij de linker zijweg, zodat je geneigd bent via de controle X naar Giesenhorst en vervolgens via Dreetz naar pijl 12 te gaan. Helaas is dat niet correct: het kan met minder geel door vlak voor het gehucht Ohnemitz (wie kent het niet?) rechtsaf te gaan (naar het zuiden dus), en dan via Schönholz weer naar het begin van pijl 11 en na de (tweede) controle Z nu op de pijlpunt linksaf. Een fraaie instinker!

Bij de Baronierijders bevatte de droogrit van mei 2016 (kortste route van pijl tot pijl) een leuke finishgrap. Hoe gaat U van pijl 19 naar de finish? Eerst kijken, dan pas verder lezen!
 
Heeft U het gezien? De laatste pijl is niet pijl 19, maar pijl 20. Het komt wel vaker voor dat pijlen "verstopt" worden op wedstrijdkaarten, bijvoorbeeld vermomd als grens, of als kaartrand; in dit geval lijkt het dat de kaart gedateerd en gesigneerd is met de tekst "20 FEB 2016 SH" (SH = uitzetter Sjef Huijbregts), maar door het handige gebruik van schuine strepen staat er eigenlijk achtereenvolgens "20", "FEB 2016", en "SH", waarbij 20 het nummer van de pijl is die daaronder is getekend, netjes tussen twee zijwegen (zodat er een route te construeren is). De pijl LIJKT een deel van de onderstreping onder de gehele tekst, maar eindigt toch echt tussen "FEB" en "2016"! De route van en naar deze allerlaatste pijl loopt heen en terug via controle Q.
 
Tot slot een waarschuwing: als U gaat meedoen aan de Baronie-droogritten, pas dan op voor allerlei uiterst merkwaardige pont- en voetveren!
Men heeft daar blijkbaar een voorliefde voor nutteloze oeververbindingen in (hele) kleine meertjes... Dit hebben we de laatste tijd allemaal meegemaakt (zelfs voor keerlussen per boot draaien ze hun hand niet om):